Tijdens het oefenen van Tai Chi en Qi Gong is het de bedoeling dat de ruggengraat één mooie rechte middellijn aanneemt.
Maar al te vaak hebben we ons lichaam gedurende vele jaren onbewust verkeerd gebruikt, zodat de ruggengraat zelfs vervormd kan zijn. Daarom is het belangrijk om de nieuwe lichaamshouding voorzichtig toe te passen tot het lichaam zich op natuurlijke wijze heeft hersteld in een betere toestand. Hoe doen we dat?
Onze beenderen, spieren en bindweefsel zijn een hele structuur van verschillende onderling afhankelijke en verbonden punten. Het gebruik van “zachtheid/ontspanning om hardheid/spanning te overwinnen” is een therapeutische benadering die een langdurig effect zal hebben. Échte verbetering heeft tijd en regelmaat nodig. Het is heel belangrijk te weten hoe en wat te oefenen. Kwaliteit komt vóór kwantiteit: beter goed oefenen dan veel oefenen! Deze methode is heel anders dan de atletische benadering van “no pain, no gain” ( zonder pijn, geen vooruitgang ) en het steeds verder verleggen van de fysieke grenzen. Wat zo fijn is aan het zachte Qi Gong is dat na verloop van tijd de oefeningen steeds makkelijker uit te voeren zijn. Vertrouwen brengt dan meer stabiliteit en meer bewegingsmogelijkheid. Zo zullen we meer bereid zijn te blijven oefenen. Zachte Qi Gong is niet inspannend, maar stimulerend. We zullen ons beter voelen ná het oefenen dan er voor. “Het moeilijke is niet het harde werk en de toewijding bij het oefenen, maar wél geen voordeel halen uit onze inspanningen.” –Yang Zhenduo. |